
Van de Zandschulp overweegt te stoppen: ‘Je moet werk doen dat je leuk vindt’
Veenendaal – Na zijn kansloze nederlaag in de eerste ronde van Roland Garros tegen de Italiaan Fabio Fognini, overweegt Botic van de Zandschulp serieus om zijn tennisracket aan de wilgen te hangen. “Het is iets waar ik al een tijdje mee rondloop. De laatste tijd stel ik mij steeds vaker de vraag of ik nog door wil gaan,” verklaarde de Veenendaler maandagavond laat in Parijs. “Je moet werk doen dat je leuk vindt. Iedereen heeft natuurlijk weleens een mindere dag, maar als het er te veel zijn, dan moet je je afvragen of dit het nog wel is.”
Van de Zandschulp benadrukte dat hoewel deze gedachten hem al langer bezighouden, het onderwerp niet iets is waar hij snel een beslissing over zal nemen. “De trainingen vind ik leuk. Die dagen zijn goed, maar ik kijk totaal niet uit naar de wedstrijden. Terwijl dat het belangrijkste is als je wilt tennissen. Als ik ’s ochtends opsta, kijk ik ook helemaal niet uit naar de wedstrijd. De avondwedstrijden heb ik de laatste tijd ook telkens slecht gespeeld. Dat komt misschien ook omdat het een lange dag wachten is.”
Het professionele leven als tennisser is volgens Van de Zandschulp zwaar, vooral door de constante druk en de verplichte toernooien. “Het is geen gemakkelijk leven als tennisser. Je wordt geleefd. Dat is nu op de tour nog meer met de verplichte toernooien. We reizen van hot naar her. Iedereen speelt dertig weken per jaar. Als je niet speelt, dan gaat een ander je voorbij. Dat is inherent aan de ranking die ik nu heb.”
Hoewel hij nog moet beslissen of hij ook in het dubbelspel zal spelen op Roland Garros, staat Van de Zandschulp voor een belangrijke keuze over zijn toekomst als tennisprofessional.